Tijdschrift Vochte nummer 93 verschenen.

Augustus 2017.

1 Woord vooraf.

2 De familie Berben.

9 Over het dagboek.

10 Dagboek van Willem Berben.

57 De militaire carrière van Willem Berben.

62 Ereleden en steunende leden.

64 Inhoud.

 

Tijdens de grote oorlog hield Majoor Willem Berben een dagboek bij.

Willem valt met de deur in huis in zijn dagboek. De mobilisatie wordt afgekondigd en het is een en al chaos. Niets lijkt in orde. Dan beschrijft Willem zijn eerste dagen in de verdedigingsgordel rond Antwerpen. Hij is daarbij bijzonder kritisch, sarcastisch zelfs, over de goede gang van zaken.
Na de val van Antwerpen volgt op 7 oktober een wanordelijke terugtocht richting kust en vandaar richting Calais in Frans Vlaanderen.
In zijn dagboek geeft hij maar een beperkte beschrijving van zijn activiteiten of van gebeurtenissen, het is meer een kritische blik op al wat misgaat.
Tegen het einde van het jaar 1914 is de opmars van de Duitsers tot staan gebracht. Het Belgisch leger houdt stand aan de IJzer. De vestingtroepen waartoe Willem Berben behoort, worden omgevormd tot een veldleger. Daarover schrijft hij nauwelijks iets in zijn dagboek. In zijn militair dossier wordt daar wat meer over verteld. Uit dat dossier blijkt ook dat zijn carrière al geruime tijd vóór de oorlog in het slop geraakt was. Zoals uit zijn kritische commentaar blijkt, was de oorlog nochtans een periode om carrière te maken. Maar hij walgt van politieke benoemingen en lobbyen om promotie te maken. Hij is een man van werken en inzet, niet van werken met de ellebogen. Hij haat papierwerk en bureaucratie. Dat zoiets nodig is om een complex systeem als het leger draaiende te houden, lijkt hij blijkbaar niet goed te begrijpen.
Af en toe verandert hij van job binnen het leger. Iedere keer werkt hij keihard om zijn taak te volbrengen. Geregeld botst hij daarbij op de bureaucratie van het systeem.
Doorheen zijn dagboek blijkt de bezorgdheid voor zijn naaste familie. Het sneuvelen van zijn zoon Albert sluit als het ware zijn dagboek af.